Ingrediënten
- 175 gram risottorijst
- halve aubergine
- 5-6 kastanjechampignons
- 2 sjalotten
- teentje knoflook
- tijm of citroentijm
- verse peterselie
- grana padano (of een andere harde Italiaanse kaas)
- half glaasje (droge) witte wijn
- 600 ml. kippenbouillon (groentenbouillon voor vegetarisch)
- roomboter
- olijfolie
- zout en peper
- optioneel: citroen
Bereidingswijze
Voor het bereiden van risotto heb je een pan met een dikke bodem nodig, bijvoorbeeld een gietijzeren stoofpan. Dit recept is voor twee personen, maar zijn jullie grote eters, voeg dan gerust een extra handje risotto toe. Het ligt er natuurlijk ook aan wat je er eventueel bij serveert, dat kan bijvoorbeeld vis, kip of een groene salade zijn.
Haal de schillen van de sjalotten, halveer ze en snijd ze daarna in dunne ringetjes. Snipper de knoflokteen fijn. Was de aubergine goed schoon en snijd hem doormidden. Maak er kleine blokjes van, ongeveer een centimeter groot. De champignons maak je schoon met een velletje keukenpapier en daarna snijd je die ook in stukjes. Maak ook de bouillon vast klaar. Ik heb hiervoor gewoon een bouillonblokje gebruikt, nog lekkerder is het natuurlijk als je zelf kippenbouillon maakt. Nu alles klaarstaat, kun je beginnen met het bereiden van de risotto.
De zachte aubergine pas perfect bij risottorijst
Zet de pan op middelhoog vuur en giet er een scheutje olijfolie in. Fruit de uien samen met de blokjes aubergine gedurende drie minuten. Voeg dan de knoflook en paddesntoelen toe. Roer het goed door en bak het samen nog twee minuutjes. Voeg een snuf zout, witte peper en een volle theelepel tijm toe. Nog even goed doorroeren en dan een half glas witte wijn toevoegen. Roer de wijn door de risotto en wacht tot het vocht door de korrels wordt opgenomen. Daarna voeg je een flinke scheut bouillon toe die je er ook weer doorroert. Nu wacht je weer tot het vocht bijna is opgenomen door de rijstkorrels totdat je opnieuw bouillon toevoegt. In totaal doe je dit vier à vijf keer, waarbij je wel af en toe in de pan moet roeren. Na ongeveer 18 minuten zal de risotto gaar zijn. Dat is een kwestie van proeven, de korrel moet nog een beetje bite hebben, maar van buiten mooi zacht zijn. Het vocht moet bijna geheel door de korrels zijn opgenomen.
De risotto wordt afgemaakt door het toevoegen van een klont boter en geraspte harde Italiaanse kaas. Dat geeft uiteraard veel smaak en smeuiigheid aan je risotto, maar het zijn ook calorierijke producten. Ik laat het aan jou zelf over hoeveel je erdoorheen wilt doen. Roer de kaas en boter door de risotto. Proef vervolgens even of je het zo lekker vindt. Je kunt naar smaak extra peper, zout, of een beetje citroensap toevoegen. Schep de risotto op twee borden en garneer met geraspte grana padano en verse peterselie. Geniet ervan!