Ingrediënten
- 1 kilo appeltjes (bijv. Goudreinet of Elstar)
- citroen
- 1 kaneelstokje
- 1 steranijs
- 3 jeneverbessen
Bereidingswijze
Begin met het schillen van de appeltjes. Ik gebruik diverse soorten appels voor het maken van appelmoes, bijvoorbeeld die van de appelboom van mijn moeder. Je kiest het beste voor een wat zoetzure appel, in ieder geval niet voor harde, zure groene appels. Goudreinetten worden alom geroemd als geschikte appel voor appelmoes. Snijd de appels in kwarten en verwijder de klokhuizen. Daarna snij je er stukjes van die ongeveer twee centimeter groot zijn. Je kunt appelmoes in elke soort pan wel koken, maar een stoofpan met een dikke bodem is iets beter geschikt dan de andere. Doe de appeltjes in de pan, giet er een klein scheutje water bij en een paar kneepjes citroensap. Voeg de jeneverbessen, de steranijs en het kaneelstokje toe en breng het geheel aan de kook. Als het kookt doe jet de deksel erop en zet je het vuur heel laag.
Ouderwetse appelmoes, heerlijk!
Na een kwartiertje kun je vast eens kijken of de appeltjes al lekker zacht gekookt zijn. Het hangt een beetje van je eigen smaak af hoe lang je de appeltjes laat koken. Als je ze goed vindt, haal dan de steranijs, de bessen en het kaneelstokje eruit en pak een stamper. Hiermee kun je de moes zo fijn stampen als je zelf wilt. Proef hem even, misschien wil je er nog wat extra citroensap in doen, of extra kaneel. Warme appelmoes is natuurlijk heerlijk met aardappeltjes en bijvoorbeeld gegrilde kip. Maar afgekoelde appelmoes is ook zalig in je yoghurt of zelfs op een boterham.
Wat betreft de specerijen kun je altijd wat variëren. Veel mensen vinden het ook lekker om een vanillepeul toe te voegen of bijvoorbeeld kruidnagel. Je kunt ook alle specerijen weglaten en puur voor de appels gaan. Hoe dan ook, eet smakelijk!