Ingrediënten
- witte port
- 6 stoofperen (meer mag natuurlijk ook)
- 1 sinaasappel
- 1 citroen
- 1 kaneelstokje
- 1 steranijs
- 1 kruidnagel
- snufje gemberpoeder
Bereidingswijze
Schil de peertjes en laat het steeltje eraan zitten. Stoofperen kun je stoven in een braadpan met een dikke bodem, maar het kan ook in een gewone pan. Je zet ze allemaal op hun 'kontje' in de pan. Giet er dan 300 ml. witte port en 300 ml. water bij. Was de sinaasappel en de citroen goed schoon onder de kraan. Het liefst koop je onbespoten fruit, maar dat is niet altijd in de gewone supermarkten beschikbaar. Met een scherp mesje haal je wat reepjes van de schil van de citroen en de sinaasappel. Zorg dat je het witte niet meesnijdt, want dat is een beetje bitter. Voeg het sap van ongeveer een halve citroen, zeker niet meer dan dat, toe aan het vocht in de pan. Leg het kaneelstokje, de steranijs en de kruidnagel erbij en voeg nog een klein snufje gember toe. Als je verse gember in huis hebt, dan kun ja natuurlijk ook een plakje verse gember toevoegen. Breng alles aan de kook en zet het daarna op een heel zacht vuurtje. Doe de deksel op de pan.
Doe maar chique!
Laat de peertjes minstens drie kwartier stoven. Ik heb ze een uur op het zachte vuurtje laten staan. Af en toe heb ik ze voorzichtig gedraaid en met een diepe lepel het vocht over de peertjes geschept. Zo raken ze helemaal doordrenkt met het heerlijke sap. Haal de peertjes uit de pan en laat het vocht daarna nog even inkoken. Daarvoor zet je het vuur iets hoger en doe de deksel niet meer op de pan. Bij het opdienen schep je dan het vocht over de peertjes. Ze zijn lekker zoals ze zijn, maar ook heerlijk met een grote lepel ijs of dikke yoghurt.
Ik vind peertjes op deze manier bereid misschien wel het allerlekkerst! Op de site staat ook een recept voor stoofperen in rode wijn, dat is natuurlijk ook zalig.
